Zo de komkommertijd is officieel weer voorbij. De vakanties zijn hier weer
voorbij en iedereen pakt zijn of haar leven weer op. En als ik mijn timeline op
twitter en facebook mag geloven zijn de hangmoeders op schoolpleinen ook weer
actief. Heerlijk om weer gewoon de vastigheden in het leven te kunnen oppakken. De hele zondag, met of zonder kater is de
enige variabele, turen naar Eredivisie Live om vervolgens om 19 uur met het bord
op schoot het allemaal in samenvatting nog een keer te zien. En dan vertel ik maar
niet hoe de andere zes dagen er uit kunnen zien. Ach eigenlijk veranderd er
niet zo heel veel met afgelopen Sportzomer.
Toch heeft de afgelopen sportzomer mij iets duidelijk gemaakt en wel dat
we geen echt sportland zijn. Cor van de Geest gaf tijdens een schandalig slecht
bezochte persconferentie een uitstekende weerspiegeling van de huidige stand
van zaken. We lopen de polonaise al voordat er één bal getrapt is, verdringen
ons om als eerste commentaar te mogen geven als het “fout” gaat. We zien sport
als amusement voor het volk in plaats als bezigheid van het volk. Alle kenners
roepen dit, maar niemand die er wat mee wil of aan kan doen. De verkiezingen staan
voor de deur, maar is er nog geen politieke partij die sport als speerpunt, of überhaupt
als punt, op het programma heeft staan.
De grootste druk op de Nederlandse overheidsbegroting zijn
de stijgende zorgkosten. Op dit moment geven we 15 miljard uit aan kosten aan
de gevolgen van onder andere obesitas en dit zal de komende jaren alleen maar
meer en meer worden. Geen enkele partij die dit onderwerp dusdanig serieus
neemt en aan preventie wil gaan denken. Terwijl het toch duidelijk is dat
herinvoering van schoolzwemmen en het serieus opzetten van gymnastieklessen in
basisonderwijs het probleem bij de wortels aanpakt en echt effect zal hebben,
zeker op de lange termijn.
De overheid is bang voor de kosten die het met zich
meebrengt, maar ik denk dat het wel meevalt. De overheid moet vooral een coördinerende
en faciliterende rol op zich nemen. Er zijn zoveel initiatieven die met een
klein zetje al een verschil kunnen maken. De overheid zou meer topsporters
moeten gaan ondersteunen, maar hier ook wat voor terug verlangen. Laat alle,
door de overheid gesteunde, sporters nou eens een aantal clinics gaan geven op scholen. Topsporters presteren en inspireren op deze
manier optimaal.
Daarnaast zijn er genoeg oud sporters die (op commerciële basis)
heel veel kunnen betekenen voor breedtesport in Nederland. Als de overheid dit
nou eens gaat coördineren, weet ik zeker dat in samenwerking met het
bedrijfsleven er prachtige dingen kunnen gebeuren. Een mooi voorbeeld is “De
Berg”van Thijs Zonnenveld. Een op het oog krankzinnig project om een berg te
gaan bouwen in Nederland, maar ik ben er van overtuigt: Die berg komt er! Het
is een prachtig voorbeeld van hoe het bedrijfsleven een vooruitstrevend idee
oppakt en gaat meedenken. De berg zal misschien een grote heuvel van 300 meter
worden, maar de sport zal er van profiteren en het bedrijfsleven heeft weer een
mooi innoverend project.
Zo zullen er veel meer (oud) sporters zijn met idee en zelfs
concrete plannen die de sport en daarmee dus de maatschappij, naar een hoger niveau tillen. Het kost nu
misschien een paar euro’s, maar het gaat het uiteindelijk het veelvuldige
opbrengen. Het voornaamste dat de overheid moet doen is faciliteren om zaken
mogelijk te maken, in plaats een shit-load aan regels te maken die het alleen
maar bemoeilijken.
Sport kan veel meer voor Nederland betekenen dan dat het nu doet. De politieke partij die dat inziet en mee aan de gang gaat zal zich weten te onderscheiden en heeft in elk geval mijn stem te pakken........
Geen opmerkingen:
Een reactie posten