zaterdag 14 april 2012

Darts; status van sport onwaardig



Vrijdagavond rond de klok van half 12; nog even een rondje zappen met een biertje on the side. Ik kom voorbij RTL 7 en blijven toch even hangen bij de mannenzender, er is darts op. Terwijl ik kijk naar wedstrijd tussen de twee dartgiganten Raymond van Barneveld en Phil Taylor, vraag ik me af waarom ik hemelsnaam zit te kijken. Darts, je mag het eigenlijk toch geen sport noemen en toch zit er een zaal vol uitzinnige liefhebbers week in week uit te kijken naar pijltjes gooiende mannen.


Dat een potje darten leuk is om te doen met vrienden kan ik volkomen begrijpen. Potje bier, vrienden bij elkaar en onder het ouwehoeren door een pijltje gooien; in welke kroeg zie het niet.  Maar waarom is dit een grote sport in Engeland en was het in Nederland ook jaren niet van de buis af te krijgen?

De uitstraling van darts is er nou niet één van een professionele sport, waar afgetrainde atleten het na jaren intensieve en grensverleggende training in een heroïsch duel tegen elkaar op nemen. Integendeel zelfs; zwaarlijvige, zwetende mannen die net uit de kroeg lijken te komen gooien om de beurt 3 pijltjes in een bord. Overeind blijven staan en de pijltjes uit het bord halen lijkt al een prestatie van jewelste voor ze.


Want zeg nou zelf, Van Barneveld, Phil Taylor, Andy Fordham en Adrian Lewis zijn nou niet het toonbeeld een gezonde levensstijl. En ok, ik moet het toegeven dat ben ik zelf ook niet. Maar ik kom ook niet op tv, ik heb ook geen voorbeeldfunctie voor duizenden kinderen.

Dat darten makkelijk is wil ik ook niet zeggen, maar het is niks meer dan een goede oog-hand coördinatie. Iets dat met eindeloze herhaling behalen valt. Maar ook overzichtelijk is het: de pijl zit in het goede vakje of hij zit het niet. De regels zijn eenvoudig en echt voor iedereen te begrijpen. Maar misschien zit daar ook een deel van de verklaring van de populariteit. Iedereen kan het doen, iedereen kan er zichtbaar beter in worden en qua kosten is het ook zeer betaalbaar. Althans als je de rekening van alle biertjes in de kroeg niet meerekent.

Daarnaast speelt ook een rol bij darts dat de underdog, waarvoor we altijd een zwak hebben, een kans maakt. Bijna elke jaar is er wel een volstrekt onbekende die het tot de finale van de Embassey of PDC World Championship doordringt. Kijk maar naar Klaassen, van Gerwen of recentelijk Christiaan Kist nog. Ook dit zorgt er voor dat we ons er zo goed in kunnen verplaatsen, het zou iedereen blijkbaar kunnen overkomen.

En het meest belangrijke is misschien wel dat je als toeschouwer je eigenlijk ordinair kunt laten gaan. Je mag je volgooien met drank, schreeuwen en zingen wanneer en wat je wilt en je uitdossen alsof carnaval een jaarrond feest is. En iedereen vind het nog prachtig ook.

Al schrijvende ben ik er nog steeds niet uit of ik het een sport wil noemen. Een sport zou gezond voor lichaam en geest moeten zijn. En natuurlijk ook ik heb Barneveld de Embassey zien winnen, heb hem wereldkampioen bij de PDC zien worden en heb stiekem genoten van verschillende partijen tussen Phil The Power en Barney. Maar het zijn geen sporters, het zijn mannen met een ongezonde levensstijl. Ik denk dat ik morgenvroeg de hardloopschoenen maar weer eens aantrek…….

Geen opmerkingen:

Een reactie posten