Het is een virus waar nog geen antiserum tegen gevonden is:
Je loopt het op en het laat niet meer los. De enige hoop voor je omgeving is,
is dat je er mee leert te leven. Genezing is vrijwel uitgesloten, alleen een
wonder helpt je er nog vanaf. En het kan een verwoestende werking hebben op je
omgeving.
Ze zullen je misschien nooit begrijpen, net zoals jij hun
nooit zult begrijpen. Zien ze dan niet in dat het levensbepalend is? Dat je structuur nodig
hebt en dat je dien niet kan loslaten? Vaste momenten die elke week terugkomen
en die zijn als de maan voor een weerwolf. Je ontkomt er gewoon niet aan. Maandagavond
half 9, dinsdag- en woensdagavond kwart voor 9, donderdagavond om 7 uur,
vrijdag avond half 9, zaterdagavond vanaf kwart voor 7, zondagmiddag half 1,
half 3 en half 5. En dan zondagavond 7 uur en rond de klok van 10 uur. Zo maar
een greep van tijdstippen waar je medicijn tot je moet nemen.
Het virus slaat al op jonge leeftijd toe en voornamelijk bij
jongetjes. Het slaat toe als moeders even niet oplet en voor je het weet is je
zoon verloren. Verloren aan het sportvirus, verloren aan een bijzaak, maar door
dit virus wel de belangrijkste bijzaak van het leven.
En ik kan zeggen dat ik toch een zware variant van het virus
heb opgelopen. Zo erg dat ik als klein mannetje, zelfs op vakantie, de kranten
verslond om maar sportuitslagen op te zuigen. Terwijl er nog echt onzekerheid
was of ik wel kon lezen. De maandag editie van de Telegraaf, was het hoogtepunt
van de vakantie. En in Juni in vakantie? Prima, maar de radio gaat mee, want
via de Wereldomroep is de Tour de France nog spannender! En gaan we de Lac de Vassieviere
op vakantie? WAUW daar was het jaar er voor de tijdrit in de Tour de France. En
onderweg reden we door Luik, het grootste Luik van het voorjaar. We kwamen
langs Auxerre en daar zag ik het voetbalstadion, waar Menzo ten onder ging. En
in Duitsland op camping naast een voetbalveld waar Schalke 04 een
bekerwedstrijd kwam spelen. Een invasie van voetbalsupporters op motoren. Grote
stoere mannen met spijkerjassen en baarden. Wat een belevenis! Je gaat als 18
jarige naar Spanje op vakantie. Strand, bier en vrouwen, maar nee hoor, wat is
als eerste bepaald? Een bezoek aan Barcelona, het Olympisch dorp en natuurlijk
het heilige Nou Camp.
Ach, zo heeft iedereen zijn eigen vakantieherinneringen.
Maar het virus heeft me nooit losgelaten en ik ben bang dat het me nooit zal
loslaten. Er is wel een positieve bijwerking van het virus: het slachtoffer
geniet er van, intens.
En misschien moet ik toch terugkomen op een eerdere
uitspraak. Het gaat er niet om dat je er mee leert leven, maar dat je omgeving
er mee leert leven…….
Geen opmerkingen:
Een reactie posten